Het formuleren van feedback

Richtlijnen voor het geven van feedback

Bij het geven van feedback is het voor zowel jou als coach, als voor de deelnemer prettig en overzichtelijk als je een vaste structuur aanhoudt. Hieronder zijn wat tips om je feedback goed op te bouwen:

  1. Perfect Nederlands
    Ten eerste is het belangrijk dat jouw feedback zonder spel- en taalfouten geschreven wordt. Probeer hier zoveel mogelijk op te letten. 
  2. Gebruik 'je' als aanspreekvorm
    Door 'je' te gebruiken in plaats van 'u' creëer je een gelijkwaardige relatie. 
  3. Structuur
    Gebruik in het geven van schriftelijke feedback elke keer dezelfde structuur. Begin altijd met een positief punt, noem daarna pas de tips. Als er meerdere competenties worden gemeten in één oefening, kan je bijvoorbeeld ook voor kiezen om feedback te geven per competentie. Dat kan ervoor zorgen dat de feedback meer overzichtelijk bij de deelnemer terecht komt.
  4. Voorbeeldzinnen
    - 'Goed dat je reageert op de klant door … Houd dit vast!'
    - 'Je benoemt de emotie van de klant en stelt een doorvraag (‘wat bedoel je hiermee?’) Goed!'
    - 'Probeer erop te letten dat je kort herhaalt wat je collega zegt. Dan voelt diegene zich nog meer gehoord en weet je collega zeker dat je hem/haar begrepen hebt.'
    - 'Vergeet niet om …'
    - 'Het is nog beter als je …'
  5. Constructief
    Het kan niet vaak genoeg benadrukt worden dat het erg belangrijk is dat je feedback geeft die de deelnemer laat groeien in zijn vaardigheden. Benoem gedrag, geef concrete tips en wees niet zuinig met complimenten.